Terug naar Kennisbank

De eekhoorn

Het is een bijzonder aangenaam schouwspel om een eekhoorn door de boomkruinen te zien rennen en springen. Uitmuntend weet het dier zijn weg te vinden en van tak naar tak te balanceren. Maar ook in de tuin, op een voedertafel of een voerhuisje, is het een oogstrelend diertje. Vooral in de meer boomrijke gebieden van ons land heeft men kans er een te zien, als hij niet naar de achterkant van de boom is gevlucht. Vooral in de omgeving van dennenbossen kan men deze diersoort aantreffen. De Nederlandse eekhoorn wordt wel de gewone of rode eekhoorn genoemd. Het is deze West-Europese eekhoorn die in veel landen algemeen voorkomt. In Engeland en Noord-Italië heeft men bovendien te maken met een uit Amerika afkomstige grijze eekhoorn, die vooral door een ziekteverwekker (squirrel poxvirus [SQPV]) die fataal is voor de gewone eekhoorn, een negatieve invloed uitoefent op het bestand van deze diersoort. In totaal kent men in Europa elf oorspronkelijke eekhoornsoorten. Interessant is, dat men in deze reeks ook de Alpenmarmot tegenkomt.

Onze eekhoorn is 20 tot 28 centimeter lang en weegt 250 tot 350 gram. De borstelige pluimstaart is 15 tot 20 centimeter lang. De voorpootjes met 4 tenen zijn goed te onderscheiden van de achterpootjes met 5 tenen. Het is een omnivoor, die tot de knaagdieren behoort. Het dier eet niet alleen zaden, noten, vruchten en boomknoppen, maar ook eieren en jonge vogeltjes.

Eekhoorn. Deze en andere foto’s: Erik Gruys.

Anders dan de naam doet vermoeden, kan de kleur variëren van zwart tot gelig, met allerlei tinten rood en bruin daartussen. Melanisme (het tegenovergestelde van albinisme) komt voor, maar verschilt in de mate waarin individuen melanistisch zijn en, omdat erfelijkheid daarbij een rol speelt, kan het tevens per regio variëren. Gewoonlijk zijn de dieren roodbruin met een witte buikzijde, ’s winters wordt de kleur meer grijzig. De kleur wordt ook meer grijs naarmate een eekhoorn ouder wordt. De oorpluimen vallen vooral in de winter op. De haren van de pluimstaart kan het dier opzetten.

Eekhoorn in de tuin

Eekhoorns zijn nieuwsgierige dieren, die graag afkomen op vogelvoer. Waarschijnlijk worden ze daarop geattendeerd door heen-en-weer-vlieg-activiteit van lokale vogels en ze komen dan een kijkje nemen. Een bijzonder aardig beeld ontstaat als men een commercieel verkrijgbaar eekhoorn-voederhuisje heeft opgehangen. Het dier komt eropaf, ziet door het ruitje het voer liggen, evenals mezen dat doen. Maar, wat de vogeltjes niet kunnen, kan de eekhoorn wel: hij is in staat het dekseltje van het huisje op te lichten en het voer te bemachtigen.

Eekhoorn bij voederkastje.

Het eekhoornnest

Onze rode eekhoorn is net als de grijze Amerikaanse exoot een klimmer die het liefst hoog in bomen verblijft. Daar maakt hij ook zijn nest, dat rond is met een diameter van zeker dertig cm en zich op een hoogte van zes meter of meer bevindt, vlak bij de stam van de boom. Een enkele maal wordt een nest op een tak gemaakt, in een holle boom of in een nestkast. De buitenste zijde van het nest wordt gemaakt van twijgen, en de binnenzijde wordt bekleed met mos en gras.

Europese grondeekhoorns

Behalve deze boombewoners, die soms in het buitenland ook wel benoemd worden als boomratten, heeft men in Europa ook grondeekhoorns. Het bekendst zijn de siesel en zijn grote broer, de alpenmarmot. Een Oost-Europees zusje van de siesel is de soeslik, die in tegenstelling tot de siesel een gevlekte pels heeft. De siesel is een steppenbewoner van o.a. Oostenrijk, Tsjechië en Hongarije. De marmot kan men tegenkomen tijdens vakanties in Zuid-Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Beide diersoorten zijn respectievelijk kleine en grote holen gravende eekhoornsoorten met kleine oren, die fluiten bij gevaar.

Leuk om te weten is dat in het stadsbos van Tilburg verwilderde Siberische grondeekhooorns waar te nemen en te fotograferen zijn.

Siberische grondeekhoorn.

Predatoren

Kunnen eekhoorns jonge vogels en eieren stelen, op henzelf wordt gejaagd door marters zoals de boommarter, en door roofvogels en uilen. Katten zijn bekend als dieren die eekhoorns ernstige verwondingen kunnen toebrengen. Ook zijn eekhoorns soms verkeersslachtoffer, vooral als mannetjes druk achter wijfjes aan rennen en daarbij een weg oversteken.

Voortplanting

Eekhoorns planten zich voort van december (en bij warme winters zelfs al vanaf eind november) tot augustus, met twee pieken: in januari en in mei-juni. In de paarperiode is het vrouwtje slechts één dag vruchtbaar. Soms mag het dominante mannetje al een week op voorhand bij het vrouwtje slapen, maar na de paring gaan beide partners weer hun eigen weg. Vrouwtjes paren soms met diverse mannetjes. Genetisch onderzoek toonde aan dat jongen van eenzelfde nest verschillende vaders kunnen hebben. Na een draagtijd van 36 à 42 dagen worden twee tot zes jongen geboren. Op een leeftijd van acht weken komen de jongen voor het eerst naar buiten. Na drie maanden jaagt de moeder hen weg en moeten ze een eigen woongebied gaan zoeken. Na negen tot tien maanden zijn de jongen geslachtsrijp.

Hoewel de voortplantingstijd in de winter begint, kunnen eekhoorns zich gedurende de winterperiode in een soort winterrust bevinden. Dit is geen winterslaap, op koude gure dagen verblijven ze meestal slapend in hun nest. De dieren worden regelmatig wakker en kunnen dan, zij het minder frequent dan in andere jaargetijden, al foeragerend worden waargenomen.

Bronnen

https://wikipedia.org/wiki/eekhoorn_(zoogdier) https://www.natuurmonumenten.nl/dieren/eekhoorn

www.natuurpunt.be/pagina/eekhoorn

“Van hazenslaap tot winterrust. Verhalen bij het slapen gaan”, D. Plug, Roots. Februari 2021: 26-33.

Tabel:

Kaukasus-eekhoorn (Sciurus anomalus)

Grijze eekhoorn (Sciurus carolinensis)

Eekhoorn (Sciurus vulgaris) = onze gewone of rode eekhoorn

Roodbuik-eekhoorn (Sciurus erythraeus)

Finlayson-klappereekhoorn (Callosciurus finlaysonii)

Barbarijse grondeekhoorn (Atlatoxerus getulus)

Alpenmarmot (Marmota marmota)

Siesel (Spermophilus citellus)

Gevlekte Soeslik (Spermophilus suslicus)

Siberische grondeekhoorn (Tamias sibiricus)

Vliegende eekhoorn (Pteromys volans)

Kenmerken

Datum 2022 / 01
Publicatie Artikel
Auteur Erik Gruys
Thema Geen