- Inleiding
In 2024 heb ik Natuurplaats Binnenbos voor de vierde maal geïnventariseerd op broedvogels. Natuurplaats Binnenbos ligt in de gemeente Utrechtse Heuvelrug tussen de Langbroekerdijk, de Zuwe, de Kromme Rijn en de Broekweg en is ongeveer 80 ha groot. Het bevat het grootste deel van het kasteelbos van Sterkenburg, een populierenbos, weilanden en hooilanden en stukken moerasbos. Het is eigendom van de Forest Peace Foundation en wordt op een natuurlijke manier beheerd. De graslanden rond het populierenbos en het bos zelf worden begraasd door Galloways. Het hooiland rond de moerasbosjes wordt in juni gemaaid. In een van de weilanden wordt een voedselbos aangelegd. In het voorjaar van 2021 is begonnen met het inplanten van zaailingen.
Deze inventarisatie is bedoeld om de huidige vogelbevolking in het gebied en de nieuwe vogelbevolking in het voedselbos te monitoren.
Het gebied is toegankelijk via een wandelroute vanaf de Langbroekerdijk door het kasteelbos en het populierenbos. De route komt uit op de Zuwe.
Ik heb me vooral gericht op de bosgebieden, omdat daar de meeste vogels broeden. Zodra het voedselbos wat groter is geworden ga ik dat ook inventariseren, maar nu staan er alleen nog maar wat sprietjes en broeden er nog geen vogels.
Ik heb het gebied verdeeld in drie subgebieden:
- Kasteelbos (KB),
- populierenbos + weilanden (PB),
- hooilanden + moerasbosjes (HL).
Ik heb het gebied zes keer bezocht: op 23 maart, 6 en 20 april, 4 en 18 mei en 1 juni, ’s ochtends vanaf 6.30 uur. De start was vanaf de Zuwe. Door het kasteelbos liep ik een rondje. Door het populierenbos liep ik langs het pad richting het zuidwesten en terug door de graslanden en door de noordrand van het populierenbos weer richting kasteelbos. Daarna door het hooiland evenwijdig aan het populierenbos naar het zuidwesten en terug langs de sloot evenwijdig aan de twee langgerekte stukken moerasbos.
De eerste keer inventariseerde ik de gebieden 1, 2 en 3; de tweede keer 2, 3 en 1; de derde keer 3, 1 en 2; en daarna overnieuw.
Alle zingende vogels zijn op kaarten ingetekend. Als een vogel op een bepaalde plaats zong en zich daarna verplaatste is dat aangegeven via een stippellijntje. Het is dus duidelijk welke waarnemingen op dezelfde datum van verschillende vogels zijn.
Het voorjaar van 2024 was erg nat. Ik heb alle keren laarzen en een regenbroek gedragen tegen de modder. Het pad door het populierenbos was erg modderig en kapotgetrapt door de koeien. Op het dammetje aan het eind van het hooiland stond alle keren 15 tot 25 cm water.
Territoria zijn bepaald door voor elke soort een kaart te maken met waarnemingen van die soort. Een waarneming van een tjiftjaf op de eerste datum wordt een 1 op de kaart voor de tjiftjaf, op de tweede datum een 2 enzovoort.
Daarna zijn voor elke soortkaart de waarnemingen in groepjes verdeeld. Elk groepje bevat een aantal waarnemingen die op ongeveer dezelfde plaats zijn gedaan. Per groepje mag elke datum maar eenmaal voorkomen. Een uitzondering vormt de grote bonte specht waar zowel mannetjes als vrouwtjes roffelen.
Voor het vaststellen van territoria heb ik de richtlijnen van het SOVON gebruikt. Zie www.sovon.nl. Voor de meeste soorten volstaat bij zes bezoeken een enkele waarneming van een zingende vogel binnen de datumgrenzen van die soort voor het constateren van een broedgeval.
De volgende hoofdstukken bevatten de aantallen broedparen per soort in 2021 t/m 2024. De soorten zijn gesorteerd op het aantal in 2024.
Talrijke soorten
Tabel 1. Talrijke soorten
soortnaam | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | toe/af |
Tjiftjaf | 40 | 40 | 56 | 58 | > |
Zwartkop | 30 | 31 | 30 | 34 | <> |
Vink | 23 | 14 | 37 | 28 | <> |
Winterkoning | 16 | 17 | 22 | 16 | <> |
Roodborst | 6 | 7 | 16 | 15 | <> |
Grasmus | 10 | 12 | 6 | 11 | <> |
Koolmees | 16 | 13 | 12 | 11 | < |
Merel | 9 | 8 | 10 | 11 | <> |
Zanglijster | 11 | 5 | 9 | 11 | <> |
De talrijkste soort was de tjiftjaf. Door de jaren nam dit aantal ook toe. Van de koolmees nam het aantal broedparen juist af. De andere talrijke soorten bleven ongeveer constant.
- Vrij talrijke soorten
Tabel 2. Vrij talrijke soorten
soortnaam | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | toe/af |
Grote Bonte Specht | 6 | 8 | 6 | 9 | <> |
Tuinfluiter | 11 | 10 | 10 | 8 | < |
Boompieper | 5 | 2 | 9 | 8 | <> |
Fitis | 14 | 7 | 12 | 6 | <> |
Bosrietzanger | 3 | 4 | 5 | 6 | > |
Pimpelmees | 10 | 11 | 10 | 5 | < |
Boomkruiper | 8 | 6 | 7 | 5 | <> |
Kneu | 2 | 2 | 4 | 5 | > |
Grauwe Vliegenvanger | 2 | 3 | 4 | 4 | > |
Heggenmus | 2 | 4 | 2 | 4 | <> |
Boomklever | 3 | 4 | 5 | 3 | <> |
Nachtegaal | 0 | 1 | 3 | 3 | > |
Huismus | 0 | 0 | 2 | 3 | > |
Spotvogel | 2 | 5 | 1 | 3 | <> |
De meest opvallende vrij talrijke soort is de nachtegaal. In 2021 werd die nog niet gehoord maar in 2022 t/m 2024 werden telkens 3 paren vastgesteld.
Tuinfluiter en pimpelmees lijken in aantal achteruit te gaan. Bosrietzanger, kneu, grauwe vliegenvanger en huismus lijken iets in aantal vooruit te gaan. Andere soorten bleven ongeveer constant.
Huismussen broeden vooral in de buurt van bebouwing, en werden gehoord in een heg bij een boerderij.
Havik en buizerd waren in alle jaren aanwezig. De havik in het kasteelbos en in 2024 ook in het populierenbos. De buizerd had alle jaren een nest in het populierenbos in het hooiland.
- Schaarse soorten
Tabel 3. Schaarse soorten
Het aantal spreeuwen is een zeer onnauwkeurige schatting. Spreeuwen nestelen vlak bij elkaar in boomholtes en de hier gebruikte methode is niet geschikt om een schatting van het aantal broedparen te maken. Het is eerder een schatting van het aantal clusters met spreeuwennesten.
Nieuwe soorten in 2024 waren braamsluiper en groene specht. De waarneming van de braamsluiper viel net binnen de datumgrenzen.
Niet meer waargenomen in 2024 zijn fazant, kleine bonte specht, staartmees, sperwer, goudvink, waterral, gekraagde roodstaart, glanskop en knobbelzwaan.
In 2021 t/m 2023 heb ik de waarneming van ganzen niet apart genoteerd. In 2024 wel. Dit leverde een schatting van 1 paar nijlganzen en 1 paar grauwe ganzen op.
- Conclusies
In totaal zijn in 2024 40 soorten broedvogels waargenomen. Het landgoed is rijk aan soorten en aantallen per soort. Echt zeldzame soorten zijn er niet bij.
De waargenomen soorten zijn grotendeels algemene soorten van loofbossen, maar ook algemene soorten van struikgewas (fitis, braamsluiper), van open gebieden met houtwallen en bosranden (nijlgans, boompieper, roodborsttapuit, grasmus, kneu, sprinkhaanzanger en spotvogel) en riet- en moerasvogels (grauwe gans, kleine karekiet, bosrietzanger en rietgors).
De vogelpopulatie van natuurplaats Binnenbos is vergelijkbaar met die van andere landgoederen in het Langbroekergebied.
Het zal interessant zijn om te zien welke soorten gaan broeden in het voedselbos en of de soortensamenstelling zal gaan veranderen.
Foto’s: Nicolien Drost.